Pieter van der Kuil
Maria Vos (1824-1906) en Adriana Haanen (1814-1895) mogen we rekenen tot de top van de 19 de eeuwse kunstenaars. Ze laten de “Villa Grada” in 1870 bouwen, gedurende welke tijd zij wonen op de Amerusberg (Emmastraat).
Maria Vos werd geboren in de Schipperstraat te Amsterdam, een straatje tussen de Prins Hendrikkade en de Oude Waal. Ze volgde een opleiding tot “huishoudster” ( “onderwijs in alles wat tot een deftige educatie behoorde”) aan de “Stads Fransche Kostschool voor jonge juffrouwen in Weesp”, waar ze tekenles kreeg in de traditie van de in eerdere jaren aan de kostschool verbonden tekenleraar Christiaan Andriessen, die voor Maria Vos een bron van inspiratie was en haar, via zijn tekeningen, op humorvolle wijze naar de medemens leerde kijken. In 1841 ging zij in Amsterdam in de leer bij Petrus Kiers, vooral bekend als schilder van interieurs bij kaarslicht. Zij kreeg van hem les in tekenen, schilderen en aquarelleren. Haar vroege studiebladen uit 1844 laten gewassen tekeningen van schelpen, vogelveren en eieren zien.
Op twintigjarige leeftijd (1844) zond Maria voor het eerst werk in voor een tentoonstelling van “levende meesters” te Amsterdam, inzendingen die zij gedurende haar leven met regelmaat deed. Haar leermeester Petrus Kiers was gehuwd met Elisabeth Haanen een oudere zus van Adriana Johanna Haanen, een schilderes van bloemstillevens, met wie ze haar hele leven bevriend zou blijven.
In 1853 verhuisde Maria Vos naar Oosterbeek, waar ze woonde en werkte in de Eng (het huidige gebied rond de Bildersweg). Op een tekening uit 1858, rond haar verhuizing naar de Weverstraat, schets zij in een schetsboek nu in de collectie van het Rijksprentenkabinet, zichzelf in haar atelier werkend aan een schilderij.
Zij begon landschappen en stillevens te schilderen, maar tekende ook dorpsgenoten in hun dagelijkse omgeving. Daarnaast gaf zij schilder- en tekenlessen, onder meer aan de kinderen van de Amsterdamse bankier en kunstverzamelaar Christiaan Pieter van Eeghen, die in die tijd het huis “De Pietersberg ” huurde.
In de zomer van 1863 voegde haar vriendin Adriana Haanen zich bij haar in Oosterbeek en huurden zij twee ateliers aan de Weverstraat 88 (op de plek van het huidige noordelijke hoekhuis bij de Dam). Voor beiden was het het begin van een zeer productieve periode. Beiden hebben ze tijdens hun leven veel geëxposeerd, zowel in Nederland alsook in het buitenland.
Zij vervaardigde in 1861 een “Album van Oosterbeek” samengesteld, bestaande uit 14 aquarellen. In de laatste jaren van haar leven zou zij ook een “Album van Oud Oosterbeek” vervaardigen. Het ging in 1944 in het stadhuis van Renkum in Bato`s Wijk in vlammen op.
Van het “Album van oud Oosterbeek” werd een gelithografeerde versie gemaakt door de boekhandelaar/ uitgever Romijn. Hiervan zijn enige exemplaren bekend.
In 1904, op haar tachtigste verjaardag, werd zij door vrienden en collega’s gehuldigd: een deputatie van zeventig kunstenaars, leden van Arti et Amicitiae te Amsterdam en Artibus Sacrum in Arnhem, kwam naar villa Grada. Twee jaar later stierf Maria Vos, drie weken na haar 81ste verjaardag. Onder grote belangstelling werd ze begraven op de Nieuwe Begraafplaats Zuid aan de Van Limburg Stirumweg in Oosterbeek. Haar graf is inmiddels geruimd.
Schrijf een reactie