Op het hoogste gedeelte van het terrein, tussen de huidige Jagerskamp en Voorinkstraat, aan de noordzijde van Hoogerheide, bouwt de plaatselijke arts Cornelis Adrianus Sangster (1819-1866) zijn eigen huis: “gelegen op een verheven en schoon punt, een fraai uitzigt aanbiedende op het dorp en naar verschillende zijden overheerlijke vergezigten op den Rijn, de Betuwe”.
Het ontwerp is van de van oorsprong Amsterdamse bouwmeester Gerrit Frederik Moele Bergveld, die vele jaren in Oosterbeek heeft gewoond en op de Algemene Begraafplaats begraven ligt.
Het huis is: “in smaakvollen stijl gebouwd en gemakkelijk ingerigt, bevat behalve Marmeren Vestibule of Gang, Keuken, Provisie- en Wijnkelder, Zolder, Dienstbodenkamers en verdere Gemakken, acht meerendeels ruime Beneden en Bovenkamers, waarvan er beneden vier ineenlopen”. Het uitvoerend werk werd verricht door de metselaar/aannemer Steven van Burk en het schilderswerk door Sangsters voormalige huisbaas aan de Benedendorpsweg, H.C. Wiesner. Detuin werd aangelegd door G. Gerritsen, terwijl het ijzeren hek geleverd zou worden door de smid H.J. Breman.
Als de weduwe Sangster- van der Crab met haar kinderen naar Den Haag verhuis wordt de nieuw gebouwde villa op een veiling in Arnhem aangeboden. Alexander Cremer, grondeigenaar te Arnhem, blijkt bij de veiling de hoogste bieder op het ongedeelde perceel. Hij verkoopt het perceel echter datzelfde jaar al door aan Roghier Diederik Benten, voormalig goudsmid afkomstig uit Amsterdam en sinds 1864 bewoner van
het ernaast gelegen “Overzigt”
In de adreslijst van Oosterbeek van 1868 staat als adres van het nieuwe huis vermeld “huize Jagerskamp B96a”. Kennelijk heeft Sangster in eerste instantie de naam van het oude afgebroken huis doen overgaan op de nieuwe villa. Vanaf 1869 is de naam van de villa echter veranderd in “huize Hoogerheide”. Sangster was dus de bouwer, Benten de naamgever van “huize Hoogerheide”.
Uit: Cornelis Adrianus Sangster, dorpsarts en bouwheer van Hoogerheide, J. van Zoelen