Dirk Jacob, had zich als suikerfabrikant in Nederlands-Indie gevestigd. Hij had daar bij een inlandse vrouw, Djasmina, in 1868 een dochter Ans (Petronella Anna Henrietta Maria) en in 1869 een zoon Jaap (Dirk Jacob) verwekt. Overigens had hij beide kinderen formeel erkend, toen hij in 1870 bij een schietpartij om het leven kwam. Grootvader Robert Daniel Wolterbeek besloot om beide kinderen naar Nederland te halen om er voor te zorgen dat zij hier een goede opleiding zouden kunnen volgen. Wat er van moeder Djasmina terecht is gekomen, vertelt de geschiedenis niet.
Beide kinderen waren niet echt gelukkig in Nederland, vooral door pesterijen die zij zich moesten laten welgevallen. Donker gekleurde mensen werden in Oosterbeek in de tweede helft van de negentiende eeuw niet in het straatbeeld gezien.
Schrijf een reactie