Links voor het graf van Jacob van Lennep op de Oude Begraafplaats aan de Fangmanweg te Oosterbeek ligt het graf van de schilder Claes Hendrik Meiners. Deze werd in 1819 in Amsterdam geboren en kreeg zijn schildersopleiding op het atelier van Barend Cornelis Koekkoek (1803-1862).
Deze bij uitstek romantische schilder verzamelde een kring van getalenteerde leerlingen om zich heen met wie hij in de omgeving van Kleef tekende waarna schilderijen in het atelier werden uitgewerkt. Vanaf 1841 heeft Koekkoek zijn eigen Academie in Kleef, waarop Meiners ook enige tijd lessen volgt.
Hij huwde met Carolina Johanna Agatha Pet, die van goede huize was. Het gezin woont in Amsterdam maar in de zomer verblijft Meiners in Oosterbeek om er te tekenen en schilderen. In 1857 wordt zijn dochter Wilhelmina Carolina geboren en een jaar later zoon Piet Meiners die ook een glansvolle carrière als schilder zou opbouwen.
In 1863 krijgt het echtpaar Meiners, wonend in Arnhem,weer een zoon, Pieter Paulus Johannes Agricola die 13 jaar later in Oosterbeek zou overlijden. In 1866 wordt Nicolaas Hendrik en in 1867 Nelina Jacoba Louiza geboren. In hetzelfde jaar overlijdt zijn eerste vrouw waarna hij in 1870 hertrouwt met Henriette Elizabeth Swanenburg.
Wat zijn Oosterbeekse tijd betreft; in 1857 woont Meiners op het adres “in het Dorp 41”, het huis van “Vrouw Wiesner” en bezoekt het op steenworpafstand gelegen kunstenaars café “de Vergulde Ploeg”, waar hij Johannes Warnardus Bilders, die enige jaren naast het café woonde (“de Parre”), trof.
Hij blijft zijn verdere schildersleven Oosterbeek trouw ofschoon hij de laatste 20 jaar van zijn leven in Arnhem woonde, waar hij de drijvende kracht was van de kunstenaarsvereniging “Artibus Sacrum”.
Hij overlijdt op 20 april 1894 te Arnhem en wordt op de Oude Begraafplaats aan de Fangmanweg begraven. (A 283)
Schrijf een reactie